Wonen zoals u dat wilt
Het kan moeilijk zijn om iemand met dementie goed en gezond te laten eten en drinken. Dat komt omdat mensen met dementie minder goed ruiken en proeven. Met een kleine aanpassing lukt het misschien toch. Deze tips kunnen het verschil maken.
Zorgt u voor iemand met dementie die minder goed eet en drinkt dan vroeger? Dan is het verstandig om te controleren of er iets lichamelijks aan de hand kan zijn. Een slecht zittend kunstgebit of ontstoken tandvlees bijvoorbeeld kan een oorzaak zijn van slecht eten en drinken.
Zijn er geen lichamelijke problemen? Dan kunt u eens proberen of onderstaande tips helpen.
Als iets lekker ruikt, krijg je trek. Het kan helpen om daarop te letten bij het koken. Gekookte aardappelen hebben van zichzelf niet zoveel geur. Maar gebakken aardappelen met spek en een uitje ruiken heel sterk. Probeer geurige gerechten te maken in de smaak van de persoon voor wie u zorgt. Stoofpeertjes of appel met kaneel bijvoorbeeld. Of gebruik specerijen met een sterke geur.
Iemand met dementie proeft minder van het eten. Het kan daarom helpen om smaak toe te voegen. Extra zout kan helpen, maar is niet zo gezond. Kies liever voor kruiden en specerijen om meer geur en smaak toe te voegen. Kerrie en gember zijn prima smaakmakers. Ook verse kruiden zijn heel geschikt om gerechten extra smaak te geven, zoals basilicum, bieslook, munt en peterselie. U kunt ook een beetje Parmezaanse kaas over soep en groenten strooien.
Voor iemand die weinig smaak heeft, is het gevoel in de mond extra belangrijk. Een eenvoudige gehaktbal kan in de mond aanvoelen als een spons. Een gepaneerde gehaktbal heeft meer structuur en kan daardoor beter in de smaak vallen. Of denk aan croutons in de soep of een lange vinger in het toetje.
Houd rekening met wat iemand vroeger het liefst at. Iemand die altijd rijst of pasta op tafel zette, vindt aardappelen misschien echt niet lekker. Houd ook oude tafelgewoontes zoveel mogelijk vast en dek bijvoorbeeld de tafel zoals men gewend is.
Als het nodig is om het eten te pureren, pureer dan de onderdelen apart. Een klodder puree van aardappelen en witlof ziet er minder smakelijk uit dan een bolletje aardappelpuree naast een portie gemalen witlof. Gebruik bijvoorbeeld een ijstang of een spuitzak om van gepureerd voedsel toch iets leuks te maken.
Zorg dat de aandacht naar het eten toe getrokken wordt, bijvoorbeeld op een bord met een gekleurde rand. Gebruik het liefst een groot bord, dan lijkt de hoeveelheid eten kleiner. Zet liever geen pannen op tafel, want daarin kan de persoon met dementie het eten niet zien. Gebruik liever doorzichtige schalen.
Water in een roodgekleurd glas doet denken aan zoetigheid. Iemand met dementie drinkt dat eerder dan water uit een kleurloos glas.
Als u niet gewend bent om samen te eten met de persoon voor wie u zorgt, probeer dan eens of het verschil maakt om dat wel te doen. Gezelligheid kan veel doen voor de eetlust. Het kan ook helpen om iemand anders te zien eten. Kunt u er niet altijd zijn rond etenstijd, dan kunt u misschien iemand anders vragen om af en toe samen te eten met de persoon voor wie u zorgt.
Soms kan het helpen om het favoriete tv-programma van de persoon met dementie op te zetten tijdens het eten. Of probeer het eens met muziek waar iemand graag naar luistert.
Gezond eten hoeft niet altijd op de eerste plaats te staan. Soms is het al heel fijn als iemand met plezier begint aan een maaltijd, ook als het een wat minder gezonde maaltijd is. Wil de persoon voor wie u zorgt graag extra saus of geniet hij of zij enorm van een schaaltje vanillevla met slagroom? Wees dan niet te streng. Minder gezond eten is beter dan eten weigeren omdat het niet smaakt.
Helpt een tip niet? Probeer dan een andere of pas de tip aan naar de wensen van de persoon voor wie u zorgt. Met een beetje creativiteit en doorzettingsvermogen vindt u misschien toch een goede manier om uw naaste meer plezier te laten beleven aan de maaltijd.