Dit betekent de veranderende zorg voor u

Sinds een paar jaar zijn de eisen voor het verpleeghuis strenger geworden. Als uw gezondheid achteruitgaat, moet u langer thuisblijven met zorg aan huis. Daardoor kan het voorkomen dat iemand te goed is voor het verpleeghuis maar niet goed genoeg om het nog alleen te redden.

Zorgverleners en mantelzorgers maken steeds vaker mee dat ze kwetsbare ouderen niet goed kunnen helpen. Kwetsbare ouderen zijn mensen die meerdere gezondheidsproblemen tegelijk hebben. Bijvoorbeeld iemand die dementeert en ook psychiatrische problemen heeft. Of iemand die zijn heup heeft gebroken, moet revalideren en als gevolg van alle gebeurtenissen ook in de war is. Het is niet makkelijk om voor deze groep patiënten de juiste zorg te vinden. Hoe komt dat?

2015, van AWBZ naar WLZ

Tot 2015 betaalde iedereen premie voor de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Dit was een verzekering die de kosten van het verzorgingshuis of verpleeghuis betaalde voor mensen die niet meer thuis konden wonen. Door de vergrijzing werd dit systeem te duur. Daarom schafte het kabinet-Rutte II in 2015 de AWBZ af. Tegelijkertijd riep de overheid mensen op tot meer zelfredzaamheid. We moeten langer thuis wonen, eventueel met hulp van familie en buren. En als het nodig is komt de wijkverpleging langs voor medische zorg aan huis. Alleen voor mensen die ernstig ziek zijn of veel zorg nodig hebben, is er nog plek in een verpleeginstelling. De Wet langdurige zorg (Wlz) vergoedt sinds 2015 de kosten, maar alleen voor mensen die 24 uur per dag zorg of toezicht nodig hebben.

Te weinig samenhang

Mensen met verschillende gezondheidsproblemen, hebben ook verschillende soorten zorg nodig. Daarom is het belangrijk dat zorgorganisaties goed samenwerken. Als dat niet gebeurt, zijn patiënten met meerdere gezondheidsproblemen daar de dupe van. Een enquête van huisartsenorganisatie Het Roer Moet Om wijst uit dat 97 procent van de huisartsen wekelijks te maken heeft met kwetsbare patiënten die nergens terecht kunnen. Het kost huisartsen veel tijd en moeite om dan toch ergens een plek voor iemand te vinden in bijvoorbeeld een ziekenhuis, een GGZ-instelling of een verpleeghuis.

Concurrentie in de zorg

Hoe komt het dat de zorg zo vastloopt? Eén van de redenen is dat zorgorganisaties – dus ook verpleeghuizen – met elkaar concurreren. Daardoor mogen instellingen niet zomaar samenwerken. De Autoriteit Consument en Markt houdt dit in de gaten. Verpleeghuizen mogen elkaar bijvoorbeeld niet informeren over het aantal bedden dat ze beschikbaar hebben op een bepaalde afdeling. Er is dus geen overzicht. Het gevolg hiervan is dat ziekenhuispersoneel, het zorgkantoor, de huisarts of de gemeente elk verpleeghuis apart moeten bellen om te vragen of er nog ergens een plekje vrij is.

Zorgverzekeraars vergoeden niet altijd de volledige kosten

Zorgverzekeraars betalen alleen voor patiënten met de juiste indicatie. Als het resultaat van de zorg tegenvalt, kan de zorgverzekeraar besluiten om niet alles te vergoeden. Dat geldt bijvoorbeeld op de verpleeghuisafdeling geriatrische revalidatiezorg (grz). Op zo’n afdeling kunnen oudere patiënten na een ongeluk of operatie revalideren: opnieuw leren lopen, zelfstandig eten, wassen en aankleden. Deze afdeling richt zich op herstel, zodat de patiënt weer naar huis kan. Zijn er toch te veel grz-patiënten die alsnog blijvend in het verpleeghuis terechtkomen? Dan betaalt de zorgverzekeraar minder. De verpleeghuizen zijn dus heel kritisch voordat ze een patiënt op de grz-afdeling opnemen. 

Ziekenhuis: alleen acute zorg

Het ziekenhuis richt zich op acute zorg. Dat betekent dat de patiënt na een operatie zo snel mogelijk naar huis gaat. Heeft de patiënt nog zorg nodig, dan moet de wijkverpleging deze zorg verlenen. De transferverpleegkundige in het ziekenhuis moet die zorg regelen, maar dat lukt lang niet altijd vanwege de hoge werkdruk. In dat geval kan de huisarts iets betekenen.

Wat kunt u zelf doen?

Als u een beroep wilt doen op de Wet Langdurige Zorg heeft u een indicatie langdurige zorg nodig. Die indicatie is het bewijs dat u vanwege uw aandoening niet langer thuis kunt wonen. U kunt met een indicatie ook 24-uurszorg thuis aanvragen. Het duurt meestal een paar weken voordat u de indicatie in huis heeft. Is uw aanvraag afgewezen? Dan vindt het Centrum indicatiestelling zorg (CIZ) dat u geen 24-uurszorg nodig heeft. Misschien kunt u de gewenste zorg vanuit de Zorgverzekeringswet (Zvw) ontvangen. In dat geval kunt u uw zorgverzekeraar of gemeente benaderen. Weet u niet waar u moet zijn voor hulp? De website Regelhulp is een wegwijzer van de overheid voor iedereen die zorg en ondersteuning nodig heeft.