Mag een buurtbus een rolstoel weigeren?

In een aantal gemeenten in Noord-Holland weigert de buurtbus passagiers in een rolstoel mee te nemen. Mag dat? Het College voor de Rechten van de Mens bestudeerde de zaak.

In Noord-Holland is een reiziger in een rolstoel aangewezen op openbaar vervoer. Tot maart 2015 gaat dat prima, maar dan stopt vervoerder Connexxion met het normale vervoer. Een vereniging met vrijwilligers neemt het over. Maar dan veranderen in december de voorwaarden: rolstoelers mogen niet meer mee. Een gedupeerde vraagt het College voor de Rechten van de Mens of dit zomaar mag. Is hier geen sprake van discriminatie? Nee, zegt de vervoerder. Het argument daarvoor is dat een buurtbus geen bus is. Het is een gewone auto voor acht personen met een chauffeur met een ‘gewoon’ rijbewijs B. En op een gewone auto is de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte niet van toepassing. Bovendien is de verantwoordelijkheid voor de (oudere) vrijwillige chauffeurs te groot als ze ook rolstoelen moeten vervoeren. Het College van de Rechten van de Mens is het met deze argumenten eens: een buurtbus die geen rolstoelers meeneemt, maakt zich volgens de wet niet schuldig aan discriminatie.
Volgens het netwerk voor mensen met een beperking of chronische ziekte (Iederin) is daarmee de kous niet af. Volgens Ieder(in) is de verkeerde partij, ( Connexxion)aangesproken. Terwijl de provincie de opdrachtgever is en die bepaalt wie er wel en niet vervoerd mogen worden. De provincie had er dus voor moeten zorgen dat de buurtbussen, als vervanging van het reguliere OV, geschikt zijn voor en verplicht zijn tot het vervoer van mensen in een rolstoel. Met andere woorden: als de provincie voor de rechter was gedaagd dan was de provincie waarschijnlijk teruggefloten. Het advies van het College is zwaarwegend, maar in principe vrijblijvend. Ieder(in) rekent erop dat vervoersbedrijven hun verantwoordelijkheid nemen en rolstoelvervoer goed regelen, zonder dat er verdere rechtszaken nodig zijn. Ieder(in) neemt dit ook mee in gesprekken met verantwoordelijke bewindspersonen en indien nodig de Tweede Kamer.