Wonen zoals u dat wilt
Als uw zoon of dochter bij u woont om voor u te zorgen, is er een kans dat hij of zij in de woning mag blijven wonen als u er niet meer woont. U moet dan wel aan een aantal voorwaarden voldoen, zoals twee jaar lang bij elkaar wonen en samen het huishouden betalen. Dit zijn de regels.
In de meeste gevallen kunt u een huurwoning niet overdragen aan uw kind als uw kind bij u woont. Als u verhuist of overlijdt, wijst de verhuurder de woning toe aan een nieuwe huurder. Uw inwonende kind krijgt zes maanden de tijd om een andere woning te zoeken.
Er is één uitzondering. Als uw kind volwassen is en bij u komt wonen om voor u te zorgen, kan uw kind misschien medehuurder worden. Dan kan hij of zij wel in uw huis blijven wonen als u daar zelf niet meer woont. Als u in een sociale huurwoning woont, moet uw kind daarvoor wel voldoen aan de inkomensgrenzen die hiervoor gelden.
Als uw zoon of dochter bij u wil intrekken, heeft u toestemming nodig van de verhuurder. Het maakt daarbij niet uit of u een sociale huurwoning huurt of een woning in de vrije sector. Als u in een alleenstaanden- of een seniorenwoning woont, geeft de verhuurder geen toestemming.
Geeft de verhuurder wel toestemming en komt uw kind bij u wonen, dan is het inwonende kind nog niet meteen medehuurder. Om medehuurder te kunnen worden, moet u voldoen aan de volgende twee voorwaarden.
Als u minimaal twee jaar samen met uw kind voor het huishouden heeft gezorgd en dat ook in de toekomst wilt blijven doen, kunt u aan uw verhuurder vragen of uw kind medehuurder kan worden.
In een duurzame gemeenschappelijke huishouding, dragen ouder en kind allebei bij aan de woonlasten. U mag dus niet als ouder alle woonlasten betalen en uw kind gratis laten wonen. U moet niet alleen de huur samen betalen, maar ook de energie en bijvoorbeeld de inboedelverzekering. Zorg dat u dit kunt aantonen, bijvoorbeeld door maandelijks geld over te maken. Regel dit meteen vanaf het moment dat het kind bij u intrekt. Dan kunt u met bankafschriften laten zien dat u steeds de kosten heeft gedeeld. Of neem een gezamenlijke rekening voor de vaste lasten en boodschappen. Het is verstandig om uw huishoudelijke zaken te regelen alsof u samenwoont met een partner. Het is onverstandig om af te spreken dat een kind gratis woont in ruil voor mantelzorg.
Voor het aantonen van de duurzaamheid is het belangrijk dat u twee jaar ingeschreven staat op hetzelfde adres en dat uw kind de bedoeling heeft om daar te blijven. Dat laatste betekent bijvoorbeeld dat het kind niet actief zoekt naar andere woonruimte.
Ten slotte moet de relatie van twee kanten komen. Dat betekent dat u samen dingen doet, zoals samen met vakantie gaan of uitstapjes maken.
Als de verhuurder het verzoek om medehuurderschap afwijst, hoeft u zich niet meteen hierbij neer te leggen. U kunt opnieuw een verzoek indienen. Belangenorganisatie MantelzorgNL kan hierbij adviseren. Ook na overlijden van de hoofdhuurder kan het kind proberen de huur op zijn of haar naam te krijgen, als het kind kan aantonen dat u minimaal twee jaar lang duurzaam gemeenschappelijk heeft samengewoond. Lukt het toch niet? Dan kan het kind naar de kantonrechter stappen. Ook hierbij kan MantelzorgNL advies geven.
Samenwonen met een kind kan financiële gevolgen hebben, bijvoorbeeld voor uw recht op huurtoeslag en voor bepaalde uitkeringen. Het maakt daarbij niet uit of het kind medehuurder is of niet. Voor de AOW heeft samenwonen met een kind geen gevolgen.
Volwassen kinderen die met hun ouder(s) in een huurhuis wonen en die geen medehuurder zijn, mogen niet in het huis blijven wonen als de ouders zijn overleden. Voor kinderen onder de 25 jaar komt er in de toekomst een uitzondering. Zij krijgen dan twee jaar de tijd om een ander huis te vinden.