Wonen zoals u dat wilt
In een woonzorgcentrum kunt u zelfstandig wonen met zorg binnen handbereik. Dat lijkt op het verzorgingshuis van vroeger, maar er zijn ook grote verschillen.
Het verzorgingshuis of bejaardenhuis van vroeger bestaat niet meer. Als u ouder wordt, blijft u in uw eigen huis wonen of u verhuist naar een geschikte seniorenwoning. Verpleeghuizen zijn er nog wel, maar alleen voor mensen die voortdurend (intensieve) zorg nodig hebben. Denk aan chronisch zieken, kwetsbare ouderen en mensen met een ernstige geestelijke of lichamelijke beperking, of aandoening.
Woonzorgcentra of woonzorgcomplexen zijn er wel. Daar kunt u een eigen appartement huren en zorg krijgen, als u die nodig heeft. Meestal zijn er extra voorzieningen. Denk aan maaltijdservice, activiteiten, huishoudelijk hulp, een bibliotheek en een recreatieruimte. Het woonzorgcentrum is een moderne vorm van het oude verzorgingshuis.
Het verschil is dat wonen en zorg nu gescheiden zijn. U huurt een appartement en de zorg regelt u via uw huisarts en de thuiszorg. Of via een verpleegkundige in het woonzorgcentrum zelf. Vaak zijn woonzorgcentra te vinden in verbouwde verzorgingshuizen. Wat vroeger een kamer was, is nu een zelfstandige studio of ruimer appartement geworden. Een groot voordeel is dat u er samen met uw partner naartoe kunt verhuizen.
Deze termen worden vaak door elkaar gebruikt. Toch zijn er ook verschillen. Over het algemeen is een appartement in een serviceflat luxer en groter dan een appartement in een woonzorgcentrum. De appartementen zijn daarom ook duurder, met een huurprijs boven de sociale huurgrens van 808,06 euro (in 2023). Een deel van de appartementen zijn koopappartementen. Om in een serviceflat te kunnen wonen, heeft u meestal geen indicatie voor zorg nodig.
Er zijn ook overeenkomsten tussen een woonzorgcentrum en een serviceflat. In beide woonvormen woont u zelfstandig in uw eigen appartement, zijn er gemeenschappelijke voorzieningen en krijgt u hulp of ondersteuning als u daar een indicatie voor heeft. Naast de huur- of koopprijs betaalt u voor de maandelijkse servicekosten voor bijvoorbeeld een nachtportier, het schoonhouden van de gangen en trappenhuizen en het onderhoud van de lift. Meestal betaalt u een vaste bijdrage voor een verplicht servicepakket.
Als u graag beschermd wilt wonen, is deze vorm van wonen misschien iets voor u. Zeker als u lichte zorg nodig heeft. Denk hierbij aan hulp bij douchen en aankleden, schoonmaken of bij het gebruik van medicijnen. Wonen in een woonzorgcentrum heeft ook sociale voordelen. Zo is er in veel gevallen een restaurant, waar u samen met anderen kunt eten en koffiedrinken, en een gemeenschappelijke tuin, waar u met mooi weer lekker kunt zitten. De sfeer in woonzorgcentra is over het algemeen huiselijk en gezellig. En u kunt er samen naartoe verhuizen.
U kunt bij de gemeente vragen of er woonzorgcentra in de omgeving zijn of bespreek het eens met bijvoorbeeld uw huisarts. Of kijk op www.woonzorg.nl voor het aanbod in uw buurt. Een woning krijgt u via de woningbouwvereniging toegewezen. Dat betekent dat u ingeschreven moet zijn als woningzoekende. Houd rekening met wachttijden.
Steeds vaker heeft u voor een woonzorgcentrum een indicatie nodig voor thuiszorg of zelfs voor langdurige zorg. Vraag dit na bij de woningbouwvereniging waar u wilt gaan huren. Een indicatie vraagt u aan bij het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ). Uw huisarts of wijkverpleegkundige kunnen u daarbij helpen.
De kosten voor een appartement in een woonzorgcentrum liggen rond de 600 tot 700 euro (2023). De servicekosten komen daar nog bij. Om voor een appartement in aanmerking te komen mag uw belastbaar inkomen in 2023 niet hoger zijn dan 44.035 euro als u alleen bent. Als u samen bent, mag uw belastbaar inkomen niet hoger zijn dan 48.625 euro. Heeft u een zorgindicatie voor minimaal tien uur zorg per week, dan geldt de inkomensgrens niet. De woningbouwvereniging mag 7,5 procent (en soms 15 procent) van zijn woningen verhuren aan mensen met een hoger inkomen. Misschien heeft u recht op een huurtoeslag.