Zo voorkomt u een bevroren waterleiding

Als de temperatuur daalt tot onder nul, kan ook het water in uw waterleiding bevriezen. Dat kan vervelende gevolgen hebben, zoals lekkage en hoge kosten voor reparatie. In dit artikel leest u hoe u het bevriezen van waterleidingen kunt voorkomen.

Als het ’s nachts hard gevroren heeft, kan het gebeuren dat er ’s morgens geen water uit de kraan komt. Dat is een teken dat het water in uw waterleiding bevroren is. Heel vervelend, maar dat gaat vanzelf weer over als de temperatuur weer stijgt. Veel erger is het als uw waterleiding kapotvriest. Het water kan dan uit de leiding stromen als het ijs smelt en lekkage veroorzaken, waardoor waterschade kan ontstaan. Het herstellen hiervan kost veel geld.

Isoleer de leidingen of pak ze in

Een waterleiding die goed geïsoleerd is, bevriest minder snel. U kunt de leidingen isoleren met speciale buisisolatie, die u in de bouwmarkt kunt kopen. Een oude deken om de leiding wikkelen helpt ook. De leidingen die tegen de buitenkant van het huis aan liggen, lopen het meeste risico. Isoleer dus in ieder geval de leidingen in de buurt van de buitenmuur, bij een raam of bij een deur.

Let op: isoleer niet de leidingen voor drinkwater. Warm drinkwater moet zo snel mogelijk afkoelen. Daarmee voorkomt u een legionellabesmetting.

Pak de watermeter in

Is uw watermeter goed beschermd tegen de kou? Als uw watermeter in de tuin of bij een buitenmuur is geplaatst, is het verstandig om de meter in de winter in te pakken met isolatiemateriaal of een deken. Bevriezing kan de watermeter beschadigen.

Houd de warmte binnen

Heeft u een kelder waar waterleidingen doorheen lopen? Of een onverwarmde bijkeuken? Zorg dan dat de warmte daar zoveel mogelijk binnenblijft. Maak alle mogelijke openingen dicht, zoals het kelderraampje en de kieren tussen de deur. U kunt hiervoor tochtstrips gebruiken. Ventilatiegaten voor het verwarmingssysteem moeten altijd openblijven, maar andere kieren en spleten kunt u het best zoveel mogelijk dicht maken. Dat is ook beter voor uw energieverbruik.

Zet de thermostaat niet te laag

’s Nachts kan de thermostaat het beste op 14 tot 16 graden staan. Let er ook op dat er een radiator aan staat in ruimtes die snel afkoelen en waar buizen van de waterleiding doorheen lopen. Denk aan een berging of een zolderruimte.

Laat weinig gebruikte leidingen leeglopen

Heeft u een kraan aan de buitengevel in de tuin? Daar is het risico op bevriezing het grootst. Daarom is het goed om de leiding van de buitenkraan in de herfst of voor een vorstperiode te laten leeglopen. U moet eerst de toevoerkraan voor de buitenkraan dichtdraaien. Die toevoerkraan zit meestal in de buurt van de hoofdkraan. Daarna draait u de buitenkraan open om het water eruit te laten lopen. Open ook de aftapkraan en laat daar ook het water uit weglopen. Houd een bakje bij de hand om het water in op te vangen. Sluit hierna de aftapkraan en de buitenkraan.

Zijn uw leidingen toch bevroren?

Als u niet op tijd bent met voorzorgsmaatregelen of als het erg hard vriest, kan het toch gebeuren dat een waterleiding bevriest. Wat doet u dan?

  1. Heeft u geen stromend water meer na een koude nacht? Controleer dan eerst of uw buren nog stromend water hebben. Is dat het geval, dan zijn uw leidingen inderdaad bevroren.
  2. Draai de hoofdkraan dicht.
  3. Controleer de leidingen op scheurtjes. Vindt u een beschadiging? Schakel dan direct een loodgieter in, voordat het ijs kan gaan smelten.
  4. Vindt u geen scheurtjes? Laat de leidingen dan ontdooien door er opgewarmde doeken omheen te binden. Vervang de doeken door nieuwe warme doeken als ze zijn afgekoeld. Op die manier laat u het water in de leidingen langzaam smelten en blijft de buis heel. Ook een föhn of een elektrische kachel kan helpen.
  5. Als het ontdooien is gelukt, kunt u de kranen in huis één voor één open zetten. Zo controleert u of alle leidingen vorstvrij zijn.
  6. Komt er weer water uit de kranen? Zet de hoofdkraan dan weer voorzichtig open. Let goed op of er niet toch ergens water lekt. Draai in dat geval de hoofdkraan weer dicht en schakel een loodgieter in om de leiding te repareren.